Embryologie in de Koran: goddelijk geïnspireerd
of plagiaat van Griekse wetenschappers?
Omdat moslims geloven dat de Koran het letterlijke Woord van God is, blijft het voor hen onmogelijk toe te geven dat hier een fout in staat. Om die reden geloven zij dat de wetenschappelijke claims die de Koran maakt de absolute waarheid bevatten, zelfs als de huidige wetenschap het tegendeel bewijst.
We zullen in dit artikel aantonen dat een bepaalde wetenschappelijke claim van de Koran, omtrent de stadia van het ongeboren kind, niet alleen tegenstrijdig is met de moderne wetenschap, maar ook nog eens gekopieerd blijkt te zijn van Griekse wetenschappelijke geschriften uit de pre-Islamitische Oudheid. Daarmee wordt de foutieve informatie in de Koran ook meteen duidelijk verklaard als een weerspiegeling van de tijdgeest in de zevende eeuw. Te meer omdat de eerste generatie moslims reeds in aanraking kwam met die Griekse literatuur vóór de definitieve compilatie van de Koran.
Het Koranvers hieronder beschrijft de stadia van de zygote, embryo en de foetus oftewel het ongeboren kind in de baarmoeder. In dit artikel beperken we ons tot de onderstreepte claim uit het nu volgende Koranvers:
“Vervolgens schiepen Wij de druppel tot een bloedklonter, toen vormden Wij de bloedklonter tot een vleesklomp, waarna Wij de vleesklomp voorzagen van beenderen, die Wij vervolgens met vlees bekleedden. Later scheppen Wij een andere schepping. Gezegend is daarom Allah, de Beste van de Scheppers.”
Surat al Mouninoun (23), Ayah 14
Een beroemde Griekse wetenschapper uit de Oudheid, genaamd Galen, beschreef ongeveer 450 jaar vóór de geboorte van Muhammad hoe hij dacht over de stadia die het ongeboren kind doormaakt:
“…de tijd is gekomen dat de natuur de organen precies zal verbinden en om alle delen compleet te maken. Dit zorgt ervoor dat vlees begint te groeien op en om alle botten, en tegelijkertijd maakt het aan de einden van de botten pezen die ze verbinden aan elkander, en over de hele lengte plaatst het om hen heen aan alle zijden membranen, genaamd periosteal, waarop het vlees laat groeien.”
Vertaling van Corpus Medicorum Graecorum: Galeni de Semine (Galen: On Semen) (Greek text with English trans. Phillip de Lacy, Akademic Verlag, 1992) section I:9:1-10 pp. 92-95, 101
Zowel de Koran als de Griekse wetenschapper Galen beschrijven hoe de natuur eerst de botten vormt en deze daarna pas bekleed met vlees. Een begrijpelijke veronderstelling die ieder mens zonder verregaande kennis zal kunnen geloven. Immers, botten treffen we onder ons vlees aan. Om die reden is het best redelijk te veronderstellen dat het menselijk lichaam van binnen naar buiten is gevormd, het één na het ander.
Het probleem is echter dat dit niet waar is. De botten en het vlees van het ongeboren kind vormen zich geheel anders, zo begrijpt de huidige wetenschap. Botten en vlees vormen zich niet in een afzonderlijk gefaseerd (sequentieel) proces maar ontstaan gelijktijdig vanuit het gemeenschappelijke grondmateriaal Mesoderm, wat één van drie basismaterialen is waaruit het menselijk lichaam in de baarmoeder ontstaat. Kijk hier naar een discussie tussen de wereldberoemde bioloog P.Z. Myers met Adnan Rashid, waarin hij uitlegt dat de Koran op dit punt overeenkomt met Aristoteles en dat zij beiden fout zitten. Ook geeft de heer Myers voor eens en voor altijd aan dat embryoloog Keith Moore, waar moslims vaak mee pronken, er een potje van heeft gemaakt. Let op de schrik reactie van Adnan Rashid wanneer hij ontdekt dat de man tegenover hem zelf ook embryoloog is. En niet de eerste de beste.
Nu is deze wetenschappelijke fout voor Aristoteles en Galen niet zo erg. Zij waren tenslotte slechts wetenschappers die eeuwen geleden met beperkte voorkennis en middelen hun werk deden. Wetenschappers worden voortdurend ingehaald door de realiteit van nieuwe inzichten binnen hun werkterrein. Zij vormen weliswaar een belangrijke schakel in het vergaren van kennis door de eeuwen heen, maar beweren geen absolute waarheid in pacht te hebben. Voor de Koran is dit echter wel een probleem. De Koran kan zich namelijk geen enkele fout permitteren, als het waarlijk het letterlijke Woord van God is.
De beroemde Britse historicus, Joseph Needham, schreef al decennia geleden in zijn werk A history of Embryology het volgende:
“De Arabische wetenschap, zo befaamd om haar successen in werkgebieden als de optiek en astronomie, was van weinig waarde in de embryologie.”
Vervolgens noemt hij op dezelfde pagina een aantal Koranverzen, waaronder de reeds door ons aangehaalde Soera 23 vers 12 t/m 14. Van al deze embryologische claims in de Koran zegt hij stellig dat dit een duidelijk geval is van bestaande kennis die is overgenomen van onder andere Aristoteles:
“Een zevende eeuwse echo van Aristoteles en de Ayur-veda.” [1]
De reden dat hij de Griek Aristoteles hier noemt en niet Galen heeft te maken met het feit dat de meeste embryologische claims in de Koran een duidelijk plagiaat van Aristoteles zijn. Ons voorbeeld uit Soera 23 vers 14 heeft ook grote gelijkenissen met de bevindingen van de Griek Galen.
Hoe kwam Griekse wetenschap in de Koran terecht?
Het zou kunnen dat iemand nu denkt: “hoe konden Arabieren dan komen aan die Griekse wetenschap?” Daarom zullen we aantonen dat de lectuur aangaande Griekse wetenschap, in de tijd dat de Islam ontstond, zeer goed beschikbaar was voor de eerste generatie moslims, nog voordat de Koran goed en wel gecompileerd was rond het jaar 653 [2]. Dat maakt het zeer aannemelijk dat Muhammad, of wie de Koran ook geschreven hebben, de ideeën voor de genoemde Ayah simpelweg hebben gekopieerd uit de beschikbare wetenschappelijke bronnen van die tijd.
Dat is aannemelijker dan het idee dat de Almachtige God vrijwel dezelfde woorden gebruikt als een Griekse wetenschapper, die eeuwen voor Muhammad leefde. Zeker als we beseffen dat die woorden niet overeenkomen met de wetenschappelijke feiten die in de toekomst ontdekt zouden worden. Ze stemmen slechts overeen met de primitieve ideeën die de wetenschap tot dat moment had verzameld. Dit is een duidelijk teken dat de schrijver van de Koran nooit God kan zijn geweest.
De bibliotheken van Jundishapur en Alexandrië
Het staat historisch zonder meer vast dat Jundi Shapur (door Arabische historici vaak aangeduid als Junde Sabur) en Alexandrië belangrijke intellectuele kruispunten zijn geweest in het pre- en vroeg-islamitische tijdperk. Plekken waar, naast Perzische en Indiase lectuur, onder andere veel Griekse medische wetenschap en filosofie bij elkaar kwamen in de vorm van boeken en intelligentsia.
Ook is het onder historici, zowel islamitisch als niet-islamitisch, algemeen bekend dat de vroege Arabische medische wetenschap zwaar is beïnvloed door Griekse, Indiaase en Perzische wetenschap uit de tijden voordat de Islam opkwam. Sterker nog: Moslims vertellen vaak met trots dat hun Islamitische Rijk een herontdekking van de Griekse wetenschappers en filosofen uit de Oudheid teweeg heeft gebracht, waardoor Europa weer toegang kreeg tot haar vergeten denkers uit de antiquiteit. Deze trotsheid kan de geloofwaardigheid van de Koran achteraf gezien weleens duur komen te staan.
Wanneer werden deze gebieden dan veroverd?
Alexandrië werd al in 641 veroverd. Tenminste 12 jaar voor de definitieve compilatie van de Koran.
Maar de inlijving van Junde Sabur (Jundishapur) is nog interessanter. De verovering van dit gebied, dat toebehoorde aan de streek Khuzistan en onder het Perzische Sassani Rijk viel, wordt door Islamitische historici geplaatst ergens tussen het Islamitische jaartal 17 en 19 [3]. Dit komt neer op het jaar 638 tot 640 van onze kalender. Dat is een gat van tenminste 13 jaar tot de definitieve compilatie van de Koran door Uthman, dat geschat wordt op het jaartal 653.
Daarnaast weten we ook van Jundishapur dat het een kruispunt was van kennisvergaring van onder andere Griekse wetenschap uit de Oudheid. In het werk van de Pakistaans Islamitische historicus Agha I. Akram, wiens boek wordt aangeboden op kalamullah.com, lezen we dat Jundi Shapur een kenniscentrum was van medische wetenschap en filosofie. Hij linkt de kennis die de laatste koning van het Sassani Rijk heeft van de werken van Aristoteles en Plato direct aan het bestaan van de door hem in Jundi Shapur opgerichte bibliotheek.[4] En zoals we weten werd het gebied minstens 13 jaar voor de laatste Uthmaanse Revisie, die we in Sahih Bukhari aantreffen, veroverd door het Islamitische Rashidun Rijk.
Conclusie
Zowel Junde Sabur als Alexandrië zijn een aantal jaar voor de laatste compilatie van de Koran veroverd door het Islamitische Rijk, waardoor de Griekse wetenschap al in hun bezit was voordat de Koran zijn laatste revisie had ondergaan [2].
Deze toenmalige Griekse wetenschap kon derhalve gemakkelijk worden toegevoegd aan de Koran, ter afronding van de Uthmaanse Revisie. En dat kan ook niet anders, aangezien de tekst van de Koran vrijwel identiek is aan die tekst van Griekse wetenschapper Galen. Maar zelfs al zouden deze en andere wetenschappelijke claims in de Koran al eerder zijn opgeschreven dan de veroveringen van deze kenniscentra, dan blijft het natuurlijk alleszins mogelijk dat de kennis van Griekse en andere wetenschap zijn weg heeft gevonden naar de eerste generatie moslims. Wie dat ontkent, doet alsof de eerste moslims een stel holbewoners waren zonder enig benul van de wereld om hen heen. Dat is simpelweg niet waar. Zij waren juist handelaren die ver reisden en ingewikkelde oorlogen voerden. Daar is kennis voor nodig.
Omdat hiermee is aangetoond dat de Koran achterhaalde wetenschap uit de Oudheid bevat, die toen nog niet weerlegd was maar inmiddels allang naar de prullenmand is verwezen, kan gesteld worden dat de Koran niet het Woord van God kan zijn. Uiteraard is dit slechts één klein voorbeeld van de vele (wetenschappelijke) fouten in de Koran. Maar één fout is genoeg, gezien de Islamitische claim dat de Koran het letterlijke woord van God is.
Voetnoten:
[1] Needham, Joseph, ‘A History of Embryology, tweede editie, 1959, geresiveerd door A. Hughes, Cambridge University Press, pagina 82 (extra toelichting: de Koranverzen op die pagina komen niet altijd overeen met de doorsnee uitgave van de Koran. Dit heeft in drie van de vier gevallen vermoedelijk te maken met het gebruiken van een Koran die ‘de bismillah’ wel meetelt als vers, waardoor de nummering één cijfer opschuift. In het eerste geval betreft het een kennelijke schrijffout van Soera 33 waar dit 23 moet zijn. Het overige vers heeft de nummering zoals in de meeste Koran uitgaven).
[2] Sahih al Bukhari, boek 61, hadith 510 (Toelichting: De definitieve revisie/compilatie van Uthman die in deze hadith genoemd wordt, is over het algemeen geschat rond het jaar 653, dus zo’n 13 jaar na de verovering van Junde Sabur (Jundishapur) en zo’n 20 jaar na de dood van Muhammad.)
[3] A.I. Akram; The Muslim conquest of Persia, App. C pagina 306 (zie ook: Tabari: vol3, p 188; Yaqut: vol2, p 130.)
[4] A.I. Akram; The Muslim conquest of Persia, Hoofdstuk 1, p. 6