Directeur Humanistisch Verbond lijkt
geen Ingewijde in Abortusdebat
Christa Compas, directeur van het Humanistisch verbond, schreef onlangs in Trouw dat tegenstanders van abortus hun moraal niet zomaar kunnen opleggen aan anderen. Deze uitspraak treffen we echter aan in een artikel waarin zij haar eigen moraal op precies dezelfde wijze “opdringt” aan anderen. En indien haar opponenten toch gelijk hebben, zou ze net zo goed macht uitoefenen over het leven en het lichaam van ongeboren mensen die daar geen toestemming voor gaven.
Daaraan kun je zien dat het Humanistisch Verbond niet coherent kijkt naar het uiterst ingewikkelde abortusdilemma. Een eerste vereiste voor een zuiver debat is de vorming van een consistent verhaal. Daarnaast dient men zo oprecht mogelijk te zijn in het representeren van andermans standpunten alvorens deze te weerleggen. Het Humanistisch Verbond is in beide missies niet geslaagd.
Compas gebruikt opvallend veel drogredeneringen, zoals het stellen van de retorische vraag “gaan we terug in de tijd?“, waarmee wordt geïmpliceerd dat dit altijd verkeerd is. Dat is natuurlijk niet zo.
De volgende drogredenering is het argument dat veel vrouwen gedwongen zijn hun abortus onveilig te laten uitvoeren en je daarom maar beter pro-choice kunt zijn, want dan help je vrouwen tenminste om de operatie veilig te laten uitvoeren. Aangezien Compas hier tegenstanders toespreekt, is het duidelijk dat ze voorbijgaat aan het wereldbeeld van diezelfde lezers, iets waar ze hen andersom juist van beticht. Want volgens pro-life is abortus de doding van een ander mens, dat recht heeft op zijn of haar toekomst. Bij die mensen kun je niet aankomen met het argument van Compas. Als iets immoreel is, is het immoreel.
Wanneer ik daar een voorbeeld bij zou moeten verzinnen, kom ik toch heel flauw uit bij het doden van een volwassen mens. Binnen ons wereldbeeld is dat terecht verboden, maar toch weerhoudt dat bepaalde mensen er niet van om volwassenen en zelfs kinderen om te brengen. De uitvoering daarvan gaat dikwijls gepaard met geweld, zowel voor het slachtoffer, de dader als eventuele omstanders. Volgens de redenering van Compas geven we zulke daders liever de ruimte om legaal tot hun daden over te gaan, bijvoorbeeld met behulp van een pijnloze injectie. Dan wordt het cumulatieve leed onder alle betrokkenen immers beperkt. Zo is ook de ongeboren mens bij legale abortus het enige slachtoffer dat echt geen schijn van kans maakt.
Compas zal dit wellicht een absurde vergelijking vinden, maar zij vindt het pro-life standpunt, dat een ongeboren wezen precies zo’n slachtoffer is, überhaupt absurd. Mijn voorbeeld heeft echter tot doel haar vanuit het het pro-life wereldbeeld te laten kijken naar een dergelijke hypothese. Compas hoeft het er niet mee eens te zijn, maar kan daarna vermoedelijk wel inzien waarom het maak-abortus-veilig-en-legaal argument niet aankomt bij de pro-lifer die ze probeert te overtuigen. Om dezelfde reden zal ik Compas niet voorhouden dat God tegen abortus is. Omdat zo’n argument alleen maar laat zien dat je geen interesse hebt in het vertrekpunt van de ander. En op dat moment wordt alle discussie zinloos. Mede hierom pleit ik er altijd voor dat het abortusdebat zich focust op de meest cruciale vraag: wat is de ongeboren mens?
Verderop in het artikel beweert Compas niet toevallig dat de pro-life visie uitsluitend wordt geïnspireerd door religieuze overtuiging. Dat terwijl de argumenten waarmee ze zich geconfronteerd ziet helemaal niet religieus zijn. Tenminste, als Compas op de hoogte is van de sterkste pleidooien binnen het pro-life kamp. Sterker nog: er zijn genoeg atheïsten, die het geloof in een god compleet verwerpen, maar toch inzien dat het pro-choice standpunt teveel gaten bevat om rationeel te steunen. Ook Charlotte Lockefeer, van het wetenschappelijk blad van de VVD, schreef precies twee jaar geleden dat abortus in strijd is met liberale waarden. Op deze manier bekeken is het allerminst een religieus geïnspireerd debat. Om dat te weten moet Compas boeken lezen van filosofen en wetenschappers onder de pro-life voorstanders. Ze zal merken dat daar geen enkel religieus argument in staat. Het is pure filosofie en ethiek. Het blijkt dat er zelfs pro-life Humanisten bestaan. En dan te bedenken dat Christa Compas de beweging een kleine groep christenen noemt die het voor de rest moeilijk probeert te maken. Maar wat blijkt: pro-lifers vindt je overal!
Stellingen zoals dit religie-argument van Compas kunnen dan ook over komen als een poging om de ander zwart te maken, in de hoop het publiek als het ware uit schaamte naar hun kant te sturen: “Daar wil je toch niet bij horen, die religie-gekkies?” De realiteit is echter dat de argumenten die Compas vermijdt, of simpelweg niet kent, breed worden gedragen en net zo rationeel zijn als de beste pro-choice argumenten, waarvan ik er overigens geen heb aangetroffen in haar artikel.
De Amerikaanse filosoof, Don Marquis, is bijvoorbeeld niet religieus, terwijl zijn verwoording van een bepaalde reeks pro-life argumenten van grote waarde is en pro-choicers tot op de dag van vandaag problemen geeft. Ik hoop van harte dat Compas zijn beroemde essay eens leest, of de boeken van Stephen Schwarz en Francis Beckwith eens openslaat. Ik kan de boeken en lezingen van Peter Kreeft en Scott Klusendorf daar aan toevoegen. De uitdaging voor Compas is om die argumenten eens te lijf te gaan, in plaats van te grijpen naar een stroman-argument over religieuze intenties.
Nu zal mevrouw Compas wellicht opmerken dat de meeste activisten binnen ons kamp christen zijn, hetgeen best zal kloppen. Maar dat moet worden gezien in het licht van de oproep in de Bijbel om op te komen voor de allerzwaksten. Wanneer je de ongeborenen daar eenmaal onder schaart, is de keuze snel gemaakt. Maar lang niet alle christenen kijken op die manier naar de ongeboren mens. Ook binnen de kerk bestaat, tot mijn spijt, verdeeldheid over dit onderwerp. En voor de wellicht grootste groep is het onderwerp te gevoelig om een mening over te vormen. Niets is de christen dan ook menselijk: we hebben zwijgers, voor- en tegenstanders.
Ook zou de natuur volgens onze redenering een grote moordmachine moeten heten, aldus Compas. Dit omdat er in een vroeg stadium al zoveel miskramen voorkomen. Bedoelt ze hiermee dat we mensen mogen doden omdat er orkanen en aardbevingen zijn? Het geeft te denken wat een natuurfenomeen – dat buiten de invloedssfeer van de mens staat – te maken heeft met een debat over ethiek van mens tot mens. De natuur geeft en neemt leven. En de mens verzet zich hiertegen waar het kan. Nergens is het zo dat de mens het bestaan van natuurgeweld gebruikt om het actief doden van anderen te legitimeren. Dit moet dan ook gezien worden als een kroeg-argument dat niet thuishoort in een artikel van het Humanistisch Verbond.
Dan noemt Compas de ongeboren mens ook nog een “potentieel mens” in een poging het kind te dehumaniseren. Maar het probleem is dat ze dit nergens bewijst. Ze zegt het, maar een intellectueel debat vereist meer dan dat. Bewijs maar dat het slechts een potentieel mens is. Of nog beter: bewijs dat het zijn van een potentieel mens betekent dat je gedood mag worden. Dan zal spoedig blijken dat dit subjectieve filosofie is, die wereldwijd ter discussie staat en waarover de pro-choice wereld zelf verschillende definities hanteert.
Ze doet hetzelfde met de grens van levensvatbaarheid. Waarom is dat de grens? Dat krijgen we niet te lezen. Ze zegt gewoon dat dit de grens is. Het probleem met deze redenering is dat iemand in een coma ook niet levensvatbaar is, terwijl we deze mensen niet om die reden doden. We laten comateuze mensen sterven op het moment dat we geen hoop meer hebben op hun herstel. Alle toekomstverwachting is verdwenen. Tot die tijd blijven we echter hoopvol. Niet zozeer om het leven dat de persoon heeft gehad of omwille van de band met de dierbaren, maar om de toekomst die deze mens zelf nog kan hebben.
En daar komt dan de grootste uitdaging voor Christa Compas: wat maakt sterven zo erg? Is het niet vooral het wegvallen van je toekomst? Dat maakt het immers zo definitief en zo zwaar om te accepteren. We weten dat een mens het recht op leven kan hebben terwijl deze op hetzelfde moment geen pijn voelt of niet zelfstandig kan leven. Want het gaat om de toekomst die in het verschiet ligt van ons allemaal. Een toekomst die je niet zomaar mag wegnemen. Als dat voor u en mij geldt, dan geldt dat zeker ook voor een ongeboren mens. Hierover kan Compas meer lezen in het genoemde essay van Don Marquis: “Why Abortion is Immoral“
Mocht mevrouw Compas, of iemand anders van het Humanistisch Verbond, hier een debat over willen voeren dan houd ik me aanbevolen!